SS
- Staatspoorwegen (Groningen - Delfzijl
De eerste
verbinding die Delfzijl met het Nederlandse spoorwegnet had was van het
StaatsSpoor. Rond deze tijd had het StaatsSpoor al een heel netwerk van
spoorlijnen rond Groningen opgebouwd, zodat verbindingen met Leeuwarden, Meppel,
Nieuweschans al mogelijk waren.
De
lijn naar Delfzijl was een van de twaalf lijnen die in 1875 via een wetsontwerp
ingediend werd. Na een discussie vond de regering dat twaalf lijnen toch wel een
beetje teveel van het goede was en schrapte de verbinding naar Delfzijl. Onder
dwang van de kamer werd dit gelukkig weer teruggedraaid zodat in 1884 de eerste
trein richting Delfzijl vertrok. Delfzijl was met zijn haven belangrijk voor het
goederenvervoer.
Het
traject werd niet alleen gebruikt voor gewone treinen, maar SS exploiteerde ook
zogenaamde lokaaltreinen. Dit waren goedkope treinen die vaker stopten dan de
gewone, en bij de meeste overwegen en grotere haltes kon je dan ook opstappen.
Vanaf
zondag 15 juni 1884 reden er vijf treinen van Groningen naar Delfzijl en weer
terug. Over een enkele reis deed de trein ongeveer anderhalf uur. Gestopt werd
er onder andere bij Oude nieuweweg (halte Biessum), Appingedam, Tjamsweer,
Oosterwijtwerd,
Eenum, Loppersum, Stedum, Middelstum, Bedum, Sauwerd, Landweg, Groningen-Halte
(Noorderstation)en Kostverloren.
In
Delfzijl werd vervolgens een depot aangelegd met een halfronde locomotiefloods,
een watertoren en een goederenloods. Ook werd er een verbinding naar de haven
gerealiseerd. Het emplacement was dus helemaal voor goederenvervoer ingericht.
In 1929 werd het depot Delfzijl uitgebreid met een motorwagenloods voor het
Woldjerspoor. In 1935 werd het depot opgeheven. In de nadagen van de oorlog in
1945 is de halfronde locomotiefloods vernietigd. De overige gebouwen hebben het
bombardement overleefd maar zijn inmiddels ook bijna allemaal verdwenen. De twee
gebouwen die nog aan het depot herinneren zijn de motorwagenloods voor het
Woldjerspoor en de brandstoffenloods van de firma Lommerts (dit gebouw is rond
1955 verbouwd tot zijn huidige vorm).
Goederenoverslag
vond ook plaats in Appingedam, waar door de komst van de strokartonindustrie
belangstelling kwam voor een spoorweghaven, van waaruit schepen via de diverse
wateren de fabriek konden bereiken. Deze haven is in de loop der jaren steeds
verder gedempt. Het enige resterende deel is de voor deze haven verlegde Heekt.
Ook hebben er langs deze lijn 38 wachterswoningen gestaan. Enkele van
deze woningen waren dubbel uitgevoerd en werden zo als haltegebouw gebruikt. Al
deze woningen zijn ook gesloopt.
EW